Eindrapport Tot op de Bodem, Schadeoorzaken bij het kanaal Almelo – De Haandrik
(Aanvulling voor dossier 202206585)
Geachte nationale ombudsman,
het is deze maand tien maanden geleden dat ik u voor het eerst aanschreef en bovendien twee jaar geleden dat ik aanbelde bij één van de leden van de stichting Kant Nog Wal. De stichting toonden mij meer schade aan huizen in één middag, dan dat ik in mijn hele leven bij elkaar had gezien.
Er spelen langs het kanaal Almelo – De Haandrik vele schadeoorzaken door elkaar: Tijdens het baggeren hebben bewoners last gekregen van vernatting en is zelfs een kelder opgedreven. Tijdens de installatie van de damwanden en de trekankers zijn er te grote trillingen opgetreden die tot schade hebben geleid. Ook zijn er illegaal en zonder informatie aan, en goedkeuring van, de bewoners, gevaarlijke klapankers onder en tegen de funderingen geplaatst. Bovendien is de gehele omgeving langs het kanaal, inclusief honderden huizen, na de werkzaamheden gaan verzakken. Het gaat hier om een overgangsgebied tussen het hoge kanaalpeil en het circa 2,5 meter lagere polderpeil. Dit overgangsgebied heeft geen eigen gereguleerd grondwaterpeil met sloten, maar heeft een grondwaterpeil dat, afhankelijk van de hoeveelheid water dat vanuit het kanaal weglekt, zo hoog als het kanaal, maar ook zo laag als de polder, zou kunnen staan. Peilbuizen die in 2021 zijn geplaatst bewijzen dat nu het grondwaterpeil naast het kanaal circa 2 meter lager dan het kanaal staat, en daarmee vaak net onder een veenlaag ligt. Hierdoor is deze veenlaag gaan inklinken en oxideren, en verzakt daardoor de omgeving. Het tweede schadeonderzoek neemt zonder bewijzen aan dat dit vóór de werkzaamheden ook al zo was, echter dit rapport gaat er van uit dat vóór de werkzaamheden het grondwaterpeil naast het kanaal circa 1 meter hoger stond, omdat gegevens uit 1995 dit hogere grondwaterpeil bewijzen, omdat er meerdere bewijzen zijn dat de kanaalbodem destijds minder waterdicht was dan nu, en omdat de omgeving pas sinds de werkzaamheden verzakt. Als honderden huizen en de hele omgeving duidelijk verzakken, alleen langs het kanaal en alleen sinds de werkzaamheden, dan moet er een duidelijke correlatie met het kanaal en de werkzaamheden zijn, en dat kan bij veen alleen een duidelijke daling van het grondwaterpeil zijn.
Daarom noemt de begeleidingscommissie de daling van het grondwaterpeil en de droogte van het veen ook als schadeoorzaak. De langere damwanden en de extra klei en bentoniet op de kanaalbodem door de werkzaamheden verklaren in dit rapport, de reductie van het lekverlies van het kanaal, het droogvallen van de veenlaag en daardoor ook de verzakkingen.
Een gebrek aan technische gegevens heeft het schadeonderzoek zeer lastig gemaakt. Dit komt omdat de provincie geen projectplannen maakt, anders bouwt dan vergund, niet de belangrijke gegevens verzamelt van vóór de werkzaamheden en vooral niet de grondwaterpeilen heeft gemonitoord. Als dat wel was gebeurd, dan was er nu meer bewijs en minder disdussie over de daling van het grondwaterpeil langs het kanaal. Waarschijnlijk was het probleem van het droogvallen van de veenlaag dan vooraf al onderkent en was er dan ook vooraf al ingegrepen. In feite eist de overheid nu aan de burgers om met peilbuizen te bewijzen dat het grondwaterpeil tijdens de werkzaamheden is gezakt, terwijl de overheid zelf verantwoordelijk is voor het grondwaterpeil en zelf die metingen niet gemaakt heeft en wel had moeten maken.
Wat het ook lastig maakt voor de burgers, is dat als andere mensen, bedrijven of organisaties hun huizen hadden beschadigd, ze naar de politie en naar het openbaar ministerie hadden kunnen stappen voor een onafhankelijk onderzoek, maar nu een overheidsinstantie hiervan wordt verdacht, houden de politie en het openbaar ministerie hun loketten gesloten.
De opstalaansprakelijke provincie kon blijkbaar zelf het schadeonderzoek dirigeren en dus ook zelf bepalen dat het tweede (second opinion) onderzoek door hetzelfde instituut werd uitgevoerd als het eerste. Door de aannames in het tweede onderzoek dat de doorlatendheid van de bodem en het grondwaterpeil niet gewijzigd zijn tijdens de werkzaamheden, werd automatisch geconcludeerd dat deze werkzaamheden geen rol konden spelen. Omdat deze conclusie strijdig is met het schadebeeld, wordt extern deze conclusie niet geaccepteerd:
De adviescommissie bij het tweede onderzoek concludeert dat “de schades alleen optraden langs het kanaal en na de werkzaamheden, zodat er een overduidelijke correlatie met het kanaal is” en “dat de werkzaamheden in het kanaal, …, in aanzienlijke mate hebben bijgedragen tot de schade aan de huizen” en oordeelt over het eindrapport dat “Vanwege de … ernstige tekortkomingen, de conclusies in het rapport niet kunnen worden ondersteund”.
De begeleidingscommissie bij het tweede onderzoek wijkt ook af van de conclusies van het onderzoek en besluit een eigen notitie van 14 pagina’s te schrijven, waarin zij ook wijst op de variaties in het grondwaterpeil als schadeoorzaak. Ook concludeert zij: “Dat de door Deltares uitgevoerde berekeningen niet het verhoopte bewijs hebben opgeleverd voor de al of niet bestaande relatie tussen werkzaamheden en schade”. (pg. 10/14)
Het onderzoeksinstituut vindt desalniettemin van zichzelf dat zij de visie van de begeleidingscommissie, de adviescommissie, en ook die van de opdrachtgever; de provincie, voldoende hebben verwerkt en schrijft in zijn eindrapport: “De opmerkingen van de Begeleidingscommissie, adviseurs en de Provincie op het eerste en tweede concept rapport zijn zoveel mogelijk verwerkt.” (2e rapport, pg. 23/247).
De burgers twijfelen aan de onafhankelijk van het schadeonderzoek als “de opmerkingen van de Provincie”, als betalende en opstalaansprakelijke opdrachtgever, “zo veel mogelijk verwerkt” worden, terwijl zij zelf bij het onderzoek niet aan tafel mochten zitten. Ook vinden ze dat het onderzoeksinstituut niet zelf onafhankelijk kan bepalen of de opmerkingen van de begeleidingscommissie en de adviseurs van de adviescommissie voldoende zijn verwerkt.
In België kan men een onderzoeksofficier wraken als hij of zij vóór het begin van het onderzoek al de aangeklaagde voor onschuldig verklaart of slechts een bord spaghetti van de slachtoffers in ontvangst neemt, maar in Nederland kan men nooit een onderzoeksinstituut wraken, ook al ontvangt deze miljoenen euro’s van de opstalaansprakelijke partij en concludeert het al ver voordat de effecten van de grondwaterstand en de werkzaamheden in kaart zijn gebracht dat: “het oxideren van veen … een natuurlijk proces is en geen relatie heeft tot de werkzaamheden aan het kanaal” (1e rapport, pg. 6/199).
Vroeger werden poeren net zolang gemaakt dat de voeten tot in het grondwater stonden. Nu is het grondwaterpeil gedaald tot onder deze voeten en staat dit peil zelfs lager dan de veenlaag naast het kanaal; dit verklaart waarom de huizen verzakken sinds de werkzaamheden.
Toch hebben de burgers nu geen onafhankelijk loket om aan te kloppen, kunnen zij geen onafhankelijk onderzoek afdwingen, en hebben zij zelfs geen rol van betekenis kunnen spelen bij het onderzoek van de provincie. De provincie maakt ook vaak geen projectplan en bouwt òf zonder, òf anders, dan de bouwvergunning. En als de burgers naar de rechter gaan, dan zal waarschijnlijk de rechter het schadeonderzoek van de provincie toch als uitgangspunt nemen, omdat hij/zij zelf niet technisch geschoold en er vaak bij de rechtszaak geen onafhankelijk technische commissie wordt ingesteld. Dus een burger zal vaak bij zowel de bestuursrechter, de rechtbank, het hof als bij de hoger raad, toch steeds weer worden geconfronteerd met (de onbewezen en onjuiste stilzwijgende aannames in) het schadeonderzoek van de provincie.
Het is echter niet alleen lastig voor de burgers, dat er geen onafhankelijk loket is; ook voor onafhankelijke wetenschappers zoals de leden van de begeleidingscommissie en de adviescommissie is dit lastig; immers zij kunnen het schadeonderzoek wel afkeuren of een eigen notitie schrijven, het verandert de eindconclusie en de schaderegeling toch maar weinig. Vandaar dat er er nu een belangrijke rol voor u als ombudsman is weggelegd en vandaar dat dit rapport aan niemand anders dan aan u kan worden aangeboden: alle andere wegen naar een onafhankelijke wetenschappelijke waarheidsvinding lopen nu immers dood.
Met vriendelijke groeten,
Prof. dr. ir. Stefan van Baars
Voormalig lid Adviescommissie 2e schadeonderzoek Kanaal Almelo - De Haandrik
Voormalig hoogleraar en ere-hoogleraar funderingstechniek en grondmechanica
Bijlagen
- [Tot-op-de-Bodem.pdf]
Jekyll / Liquid diagnostics
An overview of all Jekyll/Liquid parameters available in this page:
site
page
layout
content
paginator
jekyll
include